Fysiotherapie in de regio Uithoorn

Carplaal Tunnel Syndroom

Het carpaal tunnelsyndroom is een klachtenpatroon wat wordt veroorzaakt door een beknelling van een zenuw die door de arm loopt (nervus medianus). De zenuw loopt door een tunnel aan de hand palm zijde, dit wordt de carpale tunnel genoemd.
De tunnel is een nauw kanaal en wordt gevormd door de handwortel eentjes en een stevige peesplaat die horizontaal loopt (tussen pinkmuis en duimmuis aan het begin van de handpalm). In deze tunnel lopen ook de buigpezen van de vingers, die doorlopen naar de onderarm. Bij het vernauwen van deze ruimte wordt de toevoer van de zenuw bekneld, waardoor er op langer termijn klachten kunnen ontstaan.

De klachten kunnen zich uiten in de vorm van tintelingen, doof gevoel en/of een pijnlijk gevoel van de hand en de vingers (vooral duim, wijs- en middelvinger met soms een gedeelte van de ringvinger). Het kan voorkomen dat de genoemde vingertoppen doof/dood aanvoelen en je hier geen gevoel meer in hebt. De knijpkracht kan verminderd worden, waardoor er soms voorwerpen uit de hand vallen. De pijn kan variëren van heel lokaal, soms met uitstraling tot en met de elleboog of zelfs schouder. Vaak nemen de klachten in de nacht toe, waardoor je een mindere nachtrust krijgt.
Overdag kan de ernst variëren afhankelijk van de houding van de pols en/of activiteit(en).

Afhankelijk van tijd dat klachten aanhouden kunnen er verschillende behandelingen toegepast worden. Bij ongeveer 25% van de mensen treedt na 1 jaar spontane vermindering op van de klachten.

Behandelingen kunnen bestaan uit;
1; Spalken van de pols ( vooral voor ’s nachts)
2: Medical taping (elastische tape voor begeleiding tijdens activiteiten of in rust)
3; Rek oefeningen voor de carpale tunnel.
4; Stabiliteit oefeningen voor de pols om de juiste positie aan te houden.
5; Flos oefeningen van de zenuw (nerve excersice)

Ook kunnen er andere behandelingen volgen, wat over het algemeen wordt gedaan in ziekenhuizen of bij je huisarts.
1; Corticosteroïde injectie (ontstekingsremmer)
2; Operatief klieven van de peesplaat, zodat er meer ruimte komt in de carpale tunnel en er op de nervus medianus een verminderde druk ontstaat.